Eerst kwam Jan Wilting (89) alleen naar De Minkhof, aangetrokken door de mogelijkheden om met houtbewerken bezig te zijn in de werkplaats. Later ging Grada (87) ook mee. Op 10 april waren ze zestig jaar getrouwd. De Minkhof zette het echtpaar in het zonnetje.
“We doen alles samen. Al zestig jaar”, legt mevrouw Wilting uit. Dat ze samen naar De Minkhof gaan is dan ook niet vreemd. Door de Minkhof is er leven in de brouwerij en op z’n tijd is dat fijn, vinden ze. Als je de leeftijd hebt van Jan en Grada zijn je veel dierbaren ontvallen. De buurt waar ze wonen is flink ‘ verjongd’ waardoor de contacten wat verminderen. Het wordt toch wat stiller ook al ben je met z’n tweëen.
Af en toe legt Jan zijn hand beschermend op Grada’s rug waarop Grada op haar beurt even zacht over zijn arm wrijft. Om beurten vertellen ze over de weg die ze samen gegaan zijn vanaf hun jonge jaren tot aan dit diamanten huwelijksfeest. Een lange weg die begon in oorlogstijd toen er niet veel was en er hard moest worden gewerkt. Ze hadden het geluk dat ze samen met Grada’s zus en haar man een huis konden bouwen. Op de Huissense kermis kwamen ze een aannemer tegen die wel wilde meedenken. Het huis werd casco opgeleverd zodat er zoveel mogelijk zelf kon worden geklust. “We hebben heel veel zelf gedaan aan ons huis”, aldus Jan. “Later is er een schuurtje bijgebouwd en een garage. We hebben er al die tijd gewoond. Ons hele huwelijk.”
Grada werkte die eerste huwelijksjaren bij een tuinder in de kassen. Druiven krenten, plukken en onkruid wieden. Samen met haar zus deed ze het werk waar kleine vrouwenhanden goed in zijn. Later, toen de kinderen werden geboren spraken de zussen samen met een vriendin af dat er om de beurt op de kinderen werd gepast. Twee weken werken werd afgewisseld met een week oppassen en de inkomsten werden door drieën gedeeld. Een slimme manier van kinderopvang met gesloten beurs. Jan had intussen twee banen. Naast zijn werk in de werkplaats van de garage werkte hij bij de boer. En alles op de fiets. “’Jan, je werkt voor nieuwe fietsbanden’, werd hem wel gekscherend naar het hoofd geworpen. Dat was die tijd.
Nederlands Indië
Zestig jaar is een lange tijd, maar Jan en Grada kennen elkaar nog veel langer. Als jonge knul van 15, 16 jaar was Jan aan het werk op de boerderij. Op het naastgelegen boerenerf zag hij regelmatig twee leuke meisjes. “Als ik ging melken mikte ik het zo uit dat ik de meisjes tegen het lijf liep. Dan maakten we een praatje. Op een gegeven moment hebben we een afspraak gemaakt op zondag om samen een stukje te gaan wandelen.”
“Ik was niet meteen verliefd hoor”, reageert Grada. “Ik vond Jan te lang. Ik ben zelf klein van stuk. Dat speelde zeker mee. Bovendien ben ik nogal kieskeurig.” Op een gegeven moment moest Jan in militaire dienst en al gauw werd hij uitgezonden naar Nederlands Indië. Voor drieëneenhalf jaar. Na die periode ging Grada overstag. De verkering was een feit.
Uit het huwelijk worden drie zonen geboren. Met hen en hun gezinnen heeft het diamanten paar een leuke dag doorgebracht in het Openlucht Museum in Arnhem. Jan en Grada kijken terug op een lang en gelukkig huwelijk waarin ook een aantal hele verdrietige dingen zijn gebeurd. Zo kreeg Jan darmkanker. Gelukkig was hij er op tijd bij en was het zonder gevolgen. Voor Grada is het verlies van haar moeder en haar lievelingszus een groot gemis. Ook gaan de gedachten uit naar het kleinkind dat door een ongeluk is omgekomen. Juist op dit soort dagen is het gemis extra groot.
Op de vraag wat nu het geheim is van een goed huwelijk antwoordt Jan dat je moet geven en nemen. Grada vindt het belangrijk dat ze altijd samen overleggen als er grote beslissingen genomen moeten worden. “We nemen zo’n beslissing altijd samen en bespreken eerst wat we ervan vinden”. Een advies van een diamanten paar …. Daar kun je niet omheen.